Zoeken, vinden en redden: Martin en zijn team helpen in Turkije na aardbeving

Martin werkt bij de brandweer maar zit ook bij USAR, een organisatie die reddingsacties doet na (natuur)rampen. Hij is geschrokken van de situatie in Turkije. 'Wat we hier zien is van een omvang die we niet eerder hebben gezien', zegt hij aan de telefoon in Bob Staat Op.

'Tienduizenden mensen leven buiten, niemand leeft in een gebouw. En er zijn nog steeds naschokken.' Omdat er zoveel verwoest is, kamperen de reddingsteams in het gebied. 'Het is hard werken. Mensen werken hier 19 of twintig uur per etmaal. We gaan gewoon door.'

Martin geeft leiding aan een team van 65 mensen van onder andere de brandweer en ambulance uit Zuid-Holland. 'We zoeken, vinden en redden zoveel mogelijk slachtoffers. Dat is al elf keer gelukt.' Maar naast opluchting en vreugde heeft het werk ook een keerzijde. 'We moeten ook veel omstanders en familie teleurstellen.'

Het werk is dan ook heftig en geeft ook een gevoel van onmacht. 'Doordat we mensen gered hebben, compenseert dat de onmacht die je voelt. En dat komt er ongetwijfeld nog uit', vertelt Martin.

Maar nu gaat eerst alle energie naar het redden van mensen. 'We gaan hier door zolang er nog een kans is dat wij levende mensen kunnen bevrijden.' Maar die kans wordt elke dag minder. 'Het is hier 's nachts min 6. Het is al bijzonder dat we nu nog levende slachtoffers vinden. Het aantal reddingen zal gaan afnemen.' De Turkse overheid bepaalt uiteindelijk hoelang de reddingsacties nog doorgaan.