Agent blikt terug op inval Hofstadgroep in Laak: 'Helm en vest waren mijn redding'

DEN HAAG - 10 november 2004. Het is een nacht die leden van het arrestatieteam in Den Haag niet snel zullen vergeten. 'Ik zou als eerste de woning binnen. Achter de deur hoorde ik Allahoe Akbar, Allahoe Akbar. Dan ga je wel extra aan', vertelt een agent die bij de arrestatie van twee verdachten van Hofstadgroep was in de Antheunisstraat in Laak. Negentien jaar later vertelt hij zijn verhaal in de YouTube-serie van de politie: De Blauwe Stoel.
De agent, die in de video R25 wordt genoemd omdat hij anoniem moet blijven, herinnert zich nog precies dat het arrestatieteam midden in de nacht werd opgeroepen. 'Er was reuring vanwege de moord op Theo van Gogh. Er werd gesproken van een Hofstadgroep, een terreurcel. Op de Antheunisstraat zouden twee verdachten binnen zitten', vertelt hij.
Het team wordt uit bed gebeld. Op het verzamelpunt vertelt de leider wat de opdracht inhoudt. Elk lid wordt gevraagd of ze die willen uitvoeren. 'We hebben ons aangekleed. Ik had een spijkerbroek aan, stevige schoenen, een kogelwerend vest en een helm op.' Later die ochtend bleek die uitrusting zijn leven te redden.
Als eerste naar binnen
Rond half drie moet R25 als eerste naar binnen. 'Ik had het zwaarste schild.' Andere agenten proberen met een stootijzer de deur open de beuken. 'Normaal is zo'n deur met twee, drie klappen wel open, maar nu bleef die er stevig in zitten.' Achter de deur hoort de agent meerdere stemmen: Allahoe Akbar, Allahoe Akbar. Het team is volledig gefocust. 'Dan ga je wel extra aan.'
Na zo'n acht, negen klappen gaat de deur open en R25 gaat naar voren met zijn schild. Maar al vrij snel voelt hij een harde klap en pijnscheuten in zijn rechterbeen. Hij gaat door. In de woonkamer ziet hij een van de verdachten schreeuwen en juichen. 'Ik roep hem, ik zie dat hij naar mij kijkt en hij verdwijnt.'
Als hij gooit ben je gewoon dood
Dan hoor de agent achter zich: terugtrekken, terugtrekken. Omdat hij zo geconcentreerd is, dringt het niet meteen tot hem door. 'Ik zag achter me dat meer dan de helft van mijn team weg was.' In het huis ziet hij een rechterarm tevoorschijn komen. 'Hij had een zwarte bal in zijn hand, een handgranaat.' Hij roept tegen zijn andere collega dat ze weg moeten daar. 'Als hij gooit ben je gewoon dood.'
Een collega schiet twee keer op de verdachte om die te stoppen. Maar het team moet weg. R25 trekt zijn collega mee. 'Wij zijn ons schietend terug gaan trekken.' Op de weg terug struikelt de agent over een andere collega. 'Die ligt op de grond en doet niks meer. We waren nog met drie man over. Iemand neemt mijn schild over, ik heb mijn maat opgepakt, beschermd door de schilden.' Hij constateert direct dat het niet goed gaat met zijn collega. 'Ik zag behoorlijke bloedplekken bij zijn been. Hij moest met spoed naar het ziekenhuis.' Een andere agent brengt hem naar de eerste hulp.
Adrenaline
De rest van de agenten gaan terug naar het pand om de verdachten daar binnen te houden. 'Zodat ze niet door de straten heen gingen met de wapens die ze hadden.' De agent vertelt dat dit het moment is dat ze niet in paniek moeten raken. 'Je moet redelijk stabiel zijn, maar er is dan wel woede en adrenaline.'
De agenten van het arrestatieteam nemen een nieuwe positie in. R25 gaat tegenover de woning liggen met een wapen waarmee hij op langere afstand kan schieten. Andere collega's staan aan de achterkant van het pand en aan de straatzijde. Ook komen nog meer collega's aan in de Antheunissstraat.
Hij gilde dat hij ons ging opblazen
'Een van de verdachten hing uit het raam en gilde dat hij twintig kilo springstof had en ons ging opblazen. Hij bleef Allahoe Akbar schreeuwen. Die verdachten waren buitenzinnig.' Een van de verdachten gebruikt een spiegel om in de straat te kijken. 'Die is door een collega uit zijn handen geschoten.'
De agenten krijgen de opdracht dat de verdachten in de woningen moeten blijven. Als ze naar buiten komen mogen ze schieten.
Dit zal ik nooit vergeten
Ondertussen is de ochtend aangebroken en vertrekken mensen naar hun werk. 'Er was geschoten en een handgranaat gegooid, maar een woning verder kwam een man naar buiten met een tas, klaar om naar zijn werk te gaan. Die keek om zich heen, wat is hier gaande?'
Agenten roepen meteen dat hij weg moet wezen. 'Voor ons was het een hele heftige casus. Anderen hebben net tandjes gepoetst en staan ineens buiten. Het was een hele rare setting, dat zal ik nooit vergeten.'
Stuk kogel in bil
Uiteindelijk komen er steeds meer agenten bij. Het is voor R25 een moment om zich te laten nakijken bij de ambulance. 'Ik had een schot in mijn rechterbil. Er zat een stuk kogel in mijn staartbeen en een in mijn rechter bovenbeen. Die heb ik ter plaatse laten verwijderen.' Daarna gaat hij gewoon door met zijn werk. 'Ik heb mijn broek weer aangedaan en ging verder met de operatie.'
Aan het einde van de middag wordt het huis bestormd. De verdachten worden aangehouden. R25 brengt samen met een collega een van hen met een auto naar het bureau. 'Het is een aparte setting, hij heeft jou proberen te vermoorden.'
'What de fuck is er gebeurd?'
Daarna komen de agenten samen op het bureau. 'Je bent lang wakker en hebt veel meegemaakt. We komen samen om emoties met elkaar te delen. Die komen ook bij de teamleden en mijzelf. What de fuck is er allemaal gebeurd deze nacht? Daarna gaat het verwerkingsproces in gang', vertelt hij.
De dagen erna krijgen de agenten hulp van psychologen. Ze krijgen een week vrij om het een plekje te geven.
Helm en vest waren mijn redding
'Dit is een van de heftigste operaties die ik heb gedaan. Er waren gelukkig geen doden. De granaat bleek er een die veel slachtoffers moest maken. Ik had veel inslagen in mijn helm en vest, die waren wel mijn redding.'
Twee arrestaties
Bij de actie worden uiteindelijk twee mensen aangehouden: Jason W. en Ismail A. Ismail wordt door de rechtbank veroordeeld tot dertien jaar cel voor deelname aan een criminele en terroristische organisatie, poging tot moord en overtreding van de wet wapens en munitie. In hoger beroep wordt hij vrijgesproken van poging tot moord en deelname aan een criminele organisatie. Wel krijgt hij vijftien maanden cel omdat hij handgranaten bij zich had.
Jason W. krijgt vijftien jaar cel voor deelname aan een criminele en terroristische organisatie en poging tot moord. Hij komt in 2013 vrij nadat hij tweederde van zijn straf heeft uitgezeten. Na zijn vrijlating neemt hij afstand van het radicale gedachtegoed. Zijn broer Jermaine staat ook terecht als lid van de Hofstadgroep. Hij wordt in 2006 vrijgesproken. Jermaine reist later af naar Syrië en komt om bij een bombardement bij Raqqa.
In 2014 maakte Omroep West samen met het AD deze documentaire over de inval.