De kerk helpt steeds vaker mensen zonder ze te willen bekeren: 'We proberen het juiste te doen'

DEN HAAG - Niet langer mensen bekeren, maar het goede doen: mensen helpen. De kerken in Den Haag ondergaan de afgelopen jaren een grote verandering. Zo is er de christelijke vrijwilligersorganisatie Voor Stad en Kerk (Stek). Die helpt mensen vanuit het geloof, maar niet om mensen te bekeren tot het geloof. Dit vanuit de overtuiging dat dit het juiste is om te doen. Door dit soort ontwikkelingen krijgt religie een minder traditionele invulling in Den Haag, stelt cultuursocioloog Leonard van 't Hul. 'Het is steeds minder een missionair doel. Het is nu het christen-zijn uitdragen via vrijwilligerswerk.'
De 79-jarige Antonia 'Tonnie' Blokland had slechte ervaringen met mensen van buiten haar familie en zag daarom maar weinig mensen. Totdat Stek haar voorstelde aan Ron Stultjens. Sinds maart bezoekt hij Tonnie een uur in de week. 'Maar vaak zat vergeten we de tijd en zit ik er ineens twee uur.'
Tonnie moet niks hebben van God, de kerk of geloven. Toen één van de Stek-begeleiders op haar afstapte had ze ook helemaal geen behoefte aan die hulp, biecht ze op. 'Ik had helemaal geen zin om bekeerd te worden.' Maar toen introduceerde diezelfde begeleider haar aan Ron. Dat bleek platonische liefde op het eerste gezicht. 'Die wilde me niet bekeren, die wilde gewoon een leuk gesprek voeren.'
Ron wilde me niet bekeren, hij wilde gewoon een leuk gesprek voeren
Ron gelooft wel in God, maar gaat al meer dan veertig jaar niet meer naar de kerk. Hij kwam bij Stek terecht, omdat hij met eenzame ouderen in aanraking wilde komen. 'Op het nieuws zag ik dat steeds meer ouderen vereenzamen. Daar wilde ik een stokje voor steken.' De vrijwilligersorganisatie heeft daar meerdere programma's voor. 'Ik heb me ingeschreven en toen hebben ze me na een aantal maanden gekoppeld aan Tonnie.'
'De eerste keer dat ik haar sprak, had ze sinds corona geen stap meer buiten de wijk gezet. Daar schrok ik toen wel van en stelde voor om samen naar de Bijenkorf te gaan. We zijn toen samen gaan lunchen en mensen gaan kijken. Dat vond ze erg leuk.'
Mensen bereiken
Mede dankzij het grote netwerk weet Stek eenzame mensen als Tonnie te bereiken, vertelt directeur en predikant Derk Stegeman. 'We bestaan nu bijna twintig jaar en in die tijd hebben we veel contact gelegd met allerlei soorten organisaties die een maatschappelijk doel dienen. Die kunnen aan ons melden als ze vermoeden dat iemand vereenzaamt.'
Ongeveer de helft van het budget van Stek komt van de Protestantse Diaconie in Den Haag. Daardoor is de organisatie minder afhankelijk van overheidssubsidie. Dat geeft Stek relatief veel speelruimte en onafhankelijkheid, legt de directeur uit. Stegeman: 'Dat levert enkele grote voordelen op. We hoeven allereerst niet met andere vrijwilligersorganisaties te concurreren voor subsidie . Als wij zien dat een andere organisatie iets goed kan of ergens in is gespecialiseerd, kijken we of we samen kunnen werken.'
Bewijzen
Een ander voordeel is dat Stek zich niet constant hoeft te bewijzen voor de voortzetting van de subsidie. Om de drie jaar moet een vrijwilligersproject opnieuw subsidie aanvragen en daarbij ook duidelijk maken waarom zo'n project het geld waard is. Daarbij bestaat ook de kans dat het wordt afgewezen en daarmee te verdwijnen.
Stegeman: 'Onze Kinderwinkel in Moerwijk bestaat al bijna dertig jaar. Dat komt niet alleen door overheidssubsidie. Die winkel is deels gesubsidieerd, maar bestaat voor een groot deel dankzij particuliere steun vanuit de diaconie. Dankzij die steun kunnen dat soort projecten het vaak langer uithouden in een wijk.'
Het opgeheven vingertje wordt steeds vaker losgelaten
De ontwikkelingen in Den Haag staan niet op zichzelf. Landelijk worden kerken steeds meer gewaardeerd voor hun grote, sociale netwerk, vertelt cultuursocioloog Leonard van 't Hul, die is verbonden aan het Sociaal en Cultureel Planbureau. 'De laatste jaren wordt de zorg steeds meer uitgekleed. Dan wordt er meer gekeken naar vrijwilligersorganisaties. Daar zijn kerken heel ervaren in. Die hebben vaak al een georganiseerd netwerk. Als groot georganiseerd netwerk krijg je dan een belangrijke rol. Zeker op lokaal niveau.'
Een neveneffect is dat het 'opgeheven vingertje' steeds vaker wordt losgelaten, gaat de cultuursocioloog verder. 'Het is steeds minder een missionair doel. Het is nu het christen-zijn uitdragen via vrijwilligerswerk. Het is meer: als ze geïnteresseerd zijn, zijn ze van harte welkom. Maar het doel is niet om zieltjes te winnen.'

Dat onderstreept Derk Stegeman. Hij helpt mensen wel vanuit zijn geloofsovertuiging. Maar dat betekent volgens hem juist dat iedereen hulp verdient. 'Daarin moet je geen onderscheid te maken naar geloof, gender, afkomst, nationaliteit of politieke overtuiging.' Hij wil absoluut niet dat zijn vrijwilligers op stap gaan om mensen te bekeren. 'We vragen een vrijwilliger als Ron niet om met mensen over Jezus te praten. We geven ook niet alleen voedselbankpakketten aan mensen die gedoopt zijn. Dat zou ook absurd zijn.'
Volgens cultuursocioloog Van 't Hul is het nu een kwestie van aansluiten op wat mensen zoeken. 'Momenteel is dat hulp aanbieden op een manier die minder strikt religieus is. Zeker in minder religieuze steden.'
Iedereen verdient hulp. Je moet geen onderscheid maken
Stek definieert zich als protestants-christelijk en wil ook vanuit die visie werken. Maar om die visie te delen hoef je niet per se protestants of christelijk te zijn, benadrukt de directeur. Zo werken er ook moslims en hindoes voor Stek.
Stegeman: 'Bij Stek proberen we ons te verbinden met mensen die het echt moeilijk hebben om naar de dag van morgen te kijken. De mensen die niet weten hoe de dag van hun kind er morgen uitziet en die geen verhaal meer durven te vertellen aan de overheid. Op die momenten van toenadering maken we waar, waar we in geloven. Dat betekent niet dat een bijbel lezen of andere vormen van geloof uitoefenen niet belangrijk is. De rituelen die zich als het ware meer aan de binnenkant plaatsvinden. Maar de zeggingskracht vind ik moeilijk te verbinden als we niet andere mensen helpen met dit soort werk. En daarvoor hoef je jezelf niet exclusief op bijbelverhalen te beroepen. Er zijn ook andere levensbeschouwelijke tradities waar je die wijsheid uit kan halen.'
Niet opdringen
Op die manier deelt de niet-christelijke vrijwilliger Ron Stultjens de visie van Stek. Hij vindt het belangrijk mensen te helpen, maar dringt zijn overtuigingen niet aan anderen op.
'Tonnie gaf aan het begin al aan het niet over religie te willen praten. Als een soort bekeringsangst', vertelt Ron lachend. 'Dat is ook helemaal niet erg. Daar ben ik hier toch niet voor. Ik ben niet eens protestants. We praten over heel veel andere onderwerpen. Zo heb ik haat laatst een boek gegeven. Agnes van Peter van Straaten. De hoofdpersoon deed me aan haar denken. Ik had nier verwacht dat ze het zou lezen, maar ze is inmiddels al halverwege. Daar hebben we het nu dus over.'